Dutch

Detailed Translations for vrijpostigheid from Dutch to Swedish

vrijpostigheid:


vrijpostig:


Translation Matrix for vrijpostig:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
djärv brutaal; niet beschroomd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; manhaftig; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig
djärvt brutaal; niet beschroomd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig dapper; driest; heldhaftig; heroïsch; kloek; manhaftig; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig
dristig brutaal; niet beschroomd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig driest
dristigt brutaal; hondsbrutaal; niet beschroomd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig driest
frimodig niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig cru; koen; kranig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onomwonden; onverbloemd; onverholen; onverschrokken; onvervaard; openlijk; rechttoe rechtaan; stoutmoedig; vermetel; volmondig
frimodigt niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig cru; koen; kranig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onomwonden; onverbloemd; onverholen; onverschrokken; onvervaard; openlijk; rechttoe rechtaan; stoutmoedig; vermetel; volmondig
iskall brutaal; hondsbrutaal; vrijpostig bitterkoud; glashard; ijskoud; ijzig; keihard; steenkoud; stervenskoud; zeer hard
iskallt brutaal; hondsbrutaal; vrijpostig bitterkoud; glashard; ijskoud; ijzig; keihard; steenkoud; stervenskoud; zeer hard
modig brutaal; hondsbrutaal; vrijpostig koen; kranig; manhaftig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onverschrokken; onvervaard; stoutmoedig; vermetel
modigt brutaal; hondsbrutaal; niet beschroomd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; koen; kranig; manhaftig; manmoedig; moedig; onbeducht; onbevreesd; onverschrokken; onvervaard; stout; stoutmoedig; vermetel
rak niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig frontaal; gulweg; klassikaal; onbewimpeld; onomwonden; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; ronduit; vrij; vrijelijk; vrijuit
rakt niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig directe; frontaal; gulweg; klassikaal; onbewimpeld; onomwonden; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; rechtdoorzee; ronduit; vrij; vrijelijk; vrijuit
ärligt niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig braaf; deugdzaam; eerlijk; eerzaam; ernstig; fair; fideel; frank; gemeend; lief; onbewimpeld; ongeveinsd; onomwonden; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; rechtdoorzee; rechtschapen; rechttoe; rondborstig; ronduit; serieus; trouwhartig; voorbeeldig; vrij; vrijelijk; vrijuit; werkelijk menend; zedig; zoet

Related Words for "vrijpostig":