Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. aan boord klimmen:


Dutch

Detailed Translations for aan boord klimmen from Dutch to English

aan boord klimmen:

aan boord klimmen verbe (klim aan boord, klimt aan boord, klom aan boord, klommen aan boord, aan boord geklommen)

  1. aan boord klimmen (aan boord gaan)
    to embark; go on board; to go aboard; to get in; to climb aboard; to ship
    • embark verbe (embarks, embarked, embarking)
    • go on board verbe
    • go aboard verbe (goes aboard, went aboard, going aboard)
    • get in verbe (gets in, got in, getting in)
    • climb aboard verbe (climbs aboard, climbed aboard, climbing aboard)
    • ship verbe (ships, shipped, shipping)

Conjugations for aan boord klimmen:

o.t.t.
  1. klim aan boord
  2. klimt aan boord
  3. klimt aan boord
  4. klimmen aan boord
  5. klimmen aan boord
  6. klimmen aan boord
o.v.t.
  1. klom aan boord
  2. klom aan boord
  3. klom aan boord
  4. klommen aan boord
  5. klommen aan boord
  6. klommen aan boord
v.t.t.
  1. ben aan boord geklommen
  2. bent aan boord geklommen
  3. is aan boord geklommen
  4. zijn aan boord geklommen
  5. zijn aan boord geklommen
  6. zijn aan boord geklommen
v.v.t.
  1. was aan boord geklommen
  2. was aan boord geklommen
  3. was aan boord geklommen
  4. waren aan boord geklommen
  5. waren aan boord geklommen
  6. waren aan boord geklommen
o.t.t.t.
  1. zal aan boord klimmen
  2. zult aan boord klimmen
  3. zal aan boord klimmen
  4. zullen aan boord klimmen
  5. zullen aan boord klimmen
  6. zullen aan boord klimmen
o.v.t.t.
  1. zou aan boord klimmen
  2. zou aan boord klimmen
  3. zou aan boord klimmen
  4. zouden aan boord klimmen
  5. zouden aan boord klimmen
  6. zouden aan boord klimmen
diversen
  1. klim aan boord!
  2. klimt aan boord!
  3. aan boord geklommen
  4. aan boord klimmende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aan boord klimmen:

NounRelated TranslationsOther Translations
ship boot; scheepje; schip; schuit; schuitje; stoomschip; vaartuig
VerbRelated TranslationsOther Translations
climb aboard aan boord gaan; aan boord klimmen verschepen
embark aan boord gaan; aan boord klimmen aan boord gaan; inschepen; scheep gaan; van wal gaan; van wal steken; verschepen
get in aan boord gaan; aan boord klimmen betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan; instappen; verschepen
go aboard aan boord gaan; aan boord klimmen verschepen
go on board aan boord gaan; aan boord klimmen
ship aan boord gaan; aan boord klimmen aanleveren; afleveren; bestellen; bezorgen; brengen; inladen; laden; leveren; overhandigen; rondbrengen; thuisbezorgen; toeleveren; verladen; verschepen; versturen; zenden

External Machine Translations:

Related Translations for aan boord klimmen