Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. elkaar ontmoeten:


Dutch

Detailed Translations for elkaar ontmoeten from Dutch to English

elkaar ontmoeten:

elkaar ontmoeten verbe

  1. elkaar ontmoeten
    to get together; to meet; to see each other; to meet each other
    • get together verbe (gets together, got together, getting together)
    • meet verbe (meets, met, meeting)
    • see each other verbe (sees each other, saw each other, seeing each other)
    • meet each other verbe (meets each other, met each other, meeting each other)
  2. elkaar ontmoeten (afspreken; elkaar zien; treffen; samenkomen)
    to see each other; to assemble; to get together; forgather; to visit
    • see each other verbe (sees each other, saw each other, seeing each other)
    • assemble verbe (assembles, assembled, assembling)
    • get together verbe (gets together, got together, getting together)
    • forgather verbe
    • visit verbe (visits, visited, visiting)

Translation Matrix for elkaar ontmoeten:

NounRelated TranslationsOther Translations
assemble samenkomen
forgather samenkomen
visit bezichtigen; bezichtiging
VerbRelated TranslationsOther Translations
assemble afspreken; elkaar ontmoeten; elkaar zien; samenkomen; treffen aanbrengen; aanleggen; assembleren; bij elkaar brengen; bijeenbrengen; bijeenkomen; concentreren; in elkaar zetten; installeren; monteren; monteren en aansluiten; plaatsen; samenbrengen; samenkomen; samenscholen; verenigen; verzamelen
forgather afspreken; elkaar ontmoeten; elkaar zien; samenkomen; treffen
get together afspreken; elkaar ontmoeten; elkaar zien; samenkomen; treffen bijeen krijgen; bijeenkrijgen
meet elkaar ontmoeten aantreffen; beraadslagen; bijeenkomen; confereren; een conferentie houden; in vergadering bijeenzijn; kennis maken met; kennismaken; ontmoeten; overleggen; overwegen; samenkomen; tegenkomen; treffen; vinden
meet each other elkaar ontmoeten
see each other afspreken; elkaar ontmoeten; elkaar zien; samenkomen; treffen bij elkaar komen; samenkomen; verzamelen
visit afspreken; elkaar ontmoeten; elkaar zien; samenkomen; treffen aankomen; aanschouwen; bekijken; bezichtigen; bezien; bezoeken; bij elkaar komen; iemand opzoeken; inlopen; langsgaan; langskomen; lastigvallen; op bezoek komen; op visite gaan; opzoeken; samenkomen; teisteren; verzamelen; voorbijkomen

External Machine Translations:

Related Translations for elkaar ontmoeten