Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. zich verzoenen met:


Dutch

Detailed Translations for zich verzoenen met from Dutch to French

zich verzoenen met:

zich verzoenen met verbe

  1. zich verzoenen met
    apaiser; unir; se réconcilier; fraterniser
    • apaiser verbe (apaise, apaises, apaisons, apaisez, )
    • unir verbe (unis, unit, unissons, unissez, )
    • fraterniser verbe (fraternise, fraternises, fraternisons, fraternisez, )

Translation Matrix for zich verzoenen met:

VerbRelated TranslationsOther Translations
apaiser zich verzoenen met afkoelen; bedaren; bedwingen; begeerte stillen; beheersen; bemoedigen; beteugelen; bevredigen; dempen; geruststellen; intomen; kalmeren; koel worden; matigen; ondersteunen; opbeuren; sussen; temperen; tevreden stellen; tot kalmte manen; troosten; vergenoegen; vertroosten; verzadigen; voldoening geven; zich de buik vol eten; zich matigen
fraterniser zich verzoenen met verbroederen
se réconcilier zich verzoenen met afdoen; afhandelen; beslechten; bijleggen; ruzie bijleggen; schikken; twist uit de weg ruimen; verzoenen; vrede sluiten
unir zich verzoenen met bij elkaar brengen; bijeen voegen; bijeenbrengen; bundelen; combineren; concentreren; koppelen; paren; samenbrengen; samenvoegen; verbinden; verbroederen

Related Translations for zich verzoenen met