Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. vasthebben:


Dutch

Detailed Translations for vasthebben from Dutch to Swedish

vasthebben:

vasthebben verbe

  1. vasthebben (beet hebben)
    hålla fast
    • hålla fast verbe (håller fast, höll fast, hållit fast)

Translation Matrix for vasthebben:

VerbRelated TranslationsOther Translations
hålla fast beet hebben; vasthebben gevangen zetten; interneren; isoleren; klemmen; knellen; niet laten gaan; omklemmen; opsluiten; vasthouden