Dutch

Detailed Translations for platheid from Dutch to English

platheid:

platheid [de ~ (v)] nom

  1. de platheid (banaliteit)
    the banality; the triviality; the triteness
  2. de platheid (platvloersheid; vulgariteit)
    the crudeness; the vulgarity; the coarseness

Translation Matrix for platheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
banality banaliteit; platheid trivialiteit
coarseness platheid; platvloersheid; vulgariteit grofheid; hechtheid; schofterigheid; soliditeit; stevigheid; vastheid
crudeness platheid; platvloersheid; vulgariteit grofheid; schofterigheid
triteness banaliteit; platheid trivialiteit
triviality banaliteit; platheid trivialiteit
vulgarity platheid; platvloersheid; vulgariteit

Related Words for "platheid":


plat:


Translation Matrix for plat:

NounRelated TranslationsOther Translations
commonplace cliché; dooddoener; gemeenplaats
flat afvlakken; appartement; etagewoning; flat; klapband; wad
gross grootste deel; gros; meerderheid; merendeel
level afgraven; afgraving; dimensieniveau; echelon; etage; gehalte; geleding; graad; gradatie; laag; mate; niveau; peil; plan; stand; verdieping; vlak; vlak maken; waterpas; woonlaag
trivial krachteloosheid; laksheid; slapheid; slapte; sulligheid; weekheid; zachtheid; zwakheid; zwakte
uniform tenue; uniform
VerbRelated TranslationsOther Translations
close afsluiten; dichtdoen; dichten; dichtgaan; dichtmaken; dichtstoppen; dichtvallen; sluiten; stoppen; toedoen; toedraaien; toemaken; toetrekken; toevallen; zich sluiten
even effenen; egaliseren; gelijkmaken; gladmaken
level afplatten; effenen; gelijk trekken; gelijkmaken; nivelleren; platmaken; vereffenen; verrekenen; vlak maken
smooth afplatten; effenen; egaliseren; gelijkmaken; gladmaken; nivelleren; platmaken; politoeren; raspen; schaven; schuren; vlak maken
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
coarse banaal; effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; strak; triviaal; vlak; vlakuit; vunzig schofterig
commonplace grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; vunzig
crude effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; grof; ordinair; plat; platvloers; strak; vlak; vlakuit; vulgair blank; cru; laagstaand; ongelakt; onomwonden; onverbloemd; onverholen; openlijk; primitief; rechttoe rechtaan
flattened geëgaliseerd; plat; vlak afgeplat
gross banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig bruto; kliederig; knoeierig; morsig; schromelijk; vuil
horizontal horizontaal; plat; vlak
level effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit waterpas
nasty banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig achterbaks; donker; doortrapt; dubieus; duister; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; glibberig; gluiperig; in het geniep; kwalijk; leep; listig; misselijk; naar; obscuur; onguur; onpasselijk; onwel; pesterig; ploertig; slinks; sluw; snood; stiekem; uitgekookt; verdacht
racial plat; volks
rotten banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig akelig; bedorven; belabberd; beroerd; ellendig; kliederig; knoeierig; lamlendig; morsig; naar; rot; rottig; slecht; vergaan; verrot; voos; vuil
seedy grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; vunzig kliederig; knoeierig; morsig; onooglijk; verlopen; vuil
shabby banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig aan lager wal; armelijk; armoedig; armzalig; berooid; flodderig; haveloos; karig; kliederig; knoeierig; luizig; mager; morsig; onooglijk; pover; schamel; schooierig; schraal; sjofel; sjofeltjes; verlopen; vuil
smooth effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit obsceen; rimpelloos; schuin; smeuïg; stromend; vies; vliedend; vloeiend; vlot; vunzig; zedeloos
smoothed geëgaliseerd; plat; vlak
stale muf; oubakken; oud; oudbakken; plat; verschaald bedompt; belegen; benauwd; drukkend; muf; onfris; stoffig
trivial banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig futiel; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend
uniform effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit eenvormig; gelijkslachtig; gelijkvormig; homogeen; uniform
unsavory banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig flauw; muf; onappetijtelijk; onfris; onsmakelijk; onverkwikkelijk; smakeloos; stuitend; walgelijk; zonder smaak; zouteloos
unsavoury banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig flauw; muf; onappetijtelijk; onfris; onsmakelijk; onverkwikkelijk; smakeloos; stuitend; walgelijk; zonder smaak; zouteloos
unwavering effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit
vapid banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig muf; onfris; smakeloos; stijlloos
vulgar banaal; effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; grof; laag-bij-de-grond; lomp; ordinair; plat; platvloers; schunnig; strak; triviaal; vlak; vlakuit; vulgair; vunzig losbandig; tuchteloos
AdverbRelated TranslationsOther Translations
bluntly effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit botweg; gewoonweg; gladaf; gladweg; platweg; ronduit
close dichtbij; in de buurt; nabij; nabijgelegen; vlakbij
close by dichtbij; in de buurt; nabij; nabijgelegen; vlakbij
flatly effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit platweg
ModifierRelated TranslationsOther Translations
banal banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig
below the belt banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig
close effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit bedompt; benauwd; drukkend; eindig; gehecht; muf; rakelings; ternauwernood; vergankelijk; verknocht; voorbijgaand
close by effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit nabije
even effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit daarnet; even; juist; net; pas; quitte; van getal; zelfs; zojuist; zonet
evened geëgaliseerd; plat; vlak
flat effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; muf; oubakken; oud; oudbakken; plat; strak; verschaald; vlak; vlakuit flauwtjes; mol; muf; onfris; toonloos; zonder toon; zouteloos
point blank effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit
trite banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig
unmannerly banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; ongelikt; onopgevoed

Related Words for "plat":


Synonyms for "plat":


Antonyms for "plat":


Related Definitions for "plat":

  1. evenwijdig aan de horizon1
    • we hebben een plat dak waar je op kunt zonnen1
  2. met dialect1
    • hij praat plat Amsterdams1
  3. met weinig hoogte1
    • als je erop zit is het kussen plat1

Wiktionary Translations for plat:

plat
adjective
  1. vlak van vorm met verwaarloosbare hoogteverschillen
  2. van weinig culterele diepgang getuigend
plat
adjective
  1. of a tyre: deflated
  2. having no variations in altitude

Cross Translation:
FromToVia
plat flat plattflach, breitgetreten, breitgewalzt, von der Form her niedrig, von Reifen: ohne ausreichenden Luftdruck
plat banal; commonplace; everyday; hackneyed banal — (figuré) Qui se met à la disposition de tout le monde.
plat flat; even; level; smooth platsans relief.