Dutch

Detailed Translations for nagemaakt from Dutch to French

nagemaakt:


Translation Matrix for nagemaakt:

NounRelated TranslationsOther Translations
bas kniekous; kous
basse bas; bromstem; contrabas
faux falsificatie; verkeerde; vervalsing; zeis
méchant eikel; hond; klootzak; lul; schobbejak; schoelje; schoft; smeerlap; stouterd
ModifierRelated TranslationsOther Translations
abject bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals banaal; laag; verachtelijk; vuig
bas bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals achterbaks; banaal; diep; doortrapt; gedempt; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; grof; halfluid; laag; laag liggend; laag-bij-de-grond; laaghangend; laaghartig; leep; listig; lomp; niet hoog; onedel; plat; platvloers; ploertig; schunnig; slinks; sluw; snood; stiekem; triviaal; uitgekookt; vunzig
basse bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals banaal; gemeen; grof; laag; laag-bij-de-grond; laaghangend; laaghartig; lomp; onedel; plat; platvloers; ploertig; schunnig; triviaal; vunzig
bassement bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals achterbaks; banaal; doortrapt; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; grof; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; lomp; onedel; plat; platvloers; ploertig; schunnig; slinks; sluw; snood; stiekem; triviaal; uitgekookt; vunzig
faussement bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals ten onrechte; vals; valselijk
faux bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals achterbaks; bedrieglijk; ernaast; fout; foutief; gedwongen; geforceerd; gemaakt; gemaakte gevoelens; gemeen; geniepig; gluiperig; huichelachtig; illusoir; in het geniep; kunstmatig; kwaadwillig; met slechte intentie; mis; misleidend; niet echt; onaanvaardbaar; onacceptabel; ondergeschoven; onharmonisch; onjuist; onnatuurlijk; onoprecht; onwaar; onwaarachtig; slecht; snood; stiekem; ten onrechte; vals; verkeerd
feint bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals aangenomen; denkbeeldig; fictief; geaffecteerd; gedwongen; gefingeerd; geforceerd; gehuicheld; gekunsteld; gemaakt; gemaakte gevoelens; geveinsd; gewrongen; gezocht; huichelachtig; huichelend; kunstmatig; onnatuurlijk; onoprecht; veinzend; verdicht; voorwendend
fictif bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals aangenomen; bedacht; bedrieglijk; denkbeeldig; fantastisch; fictief; gefingeerd; geveinsd; hypothetisch; illusoir; imaginair; ingebeeld; misleidend; verdicht; verzonnen
ignoble bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals banaal; boefachtig; boosaardig; donker; dubieus; duister; eerloos; gemeen; glibberig; gluiperig; grof; infaam; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; lomp; min; obscuur; onedel; onguur; plat; platvloers; ploertig; schunnig; schurkachtig; slecht; triviaal; vals; verdacht; vuig; vunzig
ignoblement bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals banaal; boefachtig; boosaardig; gemeen; gluiperig; grof; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; lomp; onedel; plat; platvloers; schunnig; schurkachtig; triviaal; vals; vunzig
imité geïmiteerd; nagebootst; nagemaakt
inventé bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals aangenomen; bedacht; denkbeeldig; fictief; gefabriceerd; gefantaseerd; gefingeerd; geveinsd; uit de duim gezogen; verdicht; verzonnen
méchant bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals achterbaks; banaal; bar slecht; donker; doortrapt; dubieus; duister; duivelachtig; duivels; erg boosaardig; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; giftig; glibberig; gluiperig; grof; honds; kwaadaardig; kwaadwillig; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; lomp; met slechte intentie; min; obscuur; onedel; onguur; pesterig; plat; platvloers; schunnig; serpentachtig; slecht; slinks; sluw; snood; stiekem; triviaal; uitgekookt; vals; venijnig; verdacht; vunzig
méprisable bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals arm; banaal; gemeen; grof; inferieur; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; lomp; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; onedel; plat; platvloers; schunnig; slecht; triviaal; tweederangs; verachtelijk; vuig; vunzig; zwak
ordinaire bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals alledaags; alledaagse; bescheiden; doodgewoon; eenvoudig; gangbaar; gebruikelijk; gemakkelijk; gemeen; gewoon; grof; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; licht; makkelijk; natuurlijk; nederig; niet moeilijk; niet voornaam; niets bijzonders; normaal; onedel; ongecompliceerd; ongekunsteld; ordinair; plat; platvloers; simpel; van eenvoudige komaf; vulgair
ordinairement bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals doorgaans; gemeen; gemeenlijk; gewoonlijk; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; meestal; merendeels; onedel; vaak; veelal; voor het grootste gedeelte
perfide bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals achterbaks; arglistig; doortrapt; duivelachtig; duivels; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; giftig; gluiperig; heimelijk; in het geheim; in het geniep; kwaadaardig; kwaadwillig; leep; link; listig; met slechte intentie; min; ontrouw; op steelse wijze; overspelig; perfide; slecht; slinks; sluw; snood; steels; steelsgewijze; stiekem; tersluiks; uitgekookt; vals; venijnig
perfidement bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals achterbaks; doortrapt; duivelachtig; duivels; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; heimelijk; in het geheim; in het geniep; kwaadaardig; leep; listig; ontrouw; op steelse wijze; overspelig; perfide; slinks; sluw; snood; steels; steelsgewijze; stiekem; tersluiks; uitgekookt
rudement bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals agressief; bot; gewelddadig; hard; hardhandig; kortaf; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; onzacht; ruw; zonder omhaal
supposé bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals gewaand; vermeend; verondersteld
vachement bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals gemeen; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; onedel; ontzettend; verschrikkelijk; vreselijk
vil bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals achterbaks; banaal; donker; doortrapt; dubieus; duister; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; glibberig; gluiperig; grof; kwalijk; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; lomp; min; obscuur; onedel; onguur; plat; platvloers; schunnig; slecht; slinks; sluw; snood; stiekem; triviaal; uitgekookt; vals; verdacht; vuig; vunzig
vulgaire bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals banaal; bot; grof; laag-bij-de-grond; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; ongelikt; onopgevoed; ordinair; plat; platvloers; schofterig; schunnig; triviaal; volks; vulgair; vunzig
vulgairement bedriegelijk; gefingeerd; nagemaakt; onecht; onwaar; vals grof; ordinair; plat; platvloers; volks; vulgair

Related Words for "nagemaakt":

  • nagemaakte

Wiktionary Translations for nagemaakt:


Cross Translation:
FromToVia
nagemaakt frauduleux; contrefait; falsifié; faux; à la noix; à la gomme phony — fraudulent; fake
nagemaakt effiloché; effilochée shoddy — exhibiting poor quality

nagemaakt form of namaken:

namaken verbe (maak na, maakt na, maakte na, maakten na, nagemaakt)

  1. namaken (vervalsen; falsificeren; kopiëren; nabootsen)
    fausser; falsifier; truquer; contrefaire; frelater; pasticher; tromper; décevoir; imiter; copier; frustrer; piper
    • fausser verbe (fausse, fausses, faussons, faussez, )
    • falsifier verbe (falsifie, falsifies, falsifions, falsifiez, )
    • truquer verbe (truque, truques, truquons, truquez, )
    • contrefaire verbe (contrefais, contrefait, contrefaisons, contrefaites, )
    • frelater verbe (frelate, frelates, frelatons, frelatez, )
    • pasticher verbe (pastiche, pastiches, pastichons, pastichez, )
    • tromper verbe (trompe, trompes, trompons, trompez, )
    • décevoir verbe (déçois, déçoit, décevons, décevez, )
    • imiter verbe (imite, imites, imitons, imitez, )
    • copier verbe (copie, copies, copions, copiez, )
    • frustrer verbe (frustre, frustres, frustrons, frustrez, )
    • piper verbe (pipe, pipes, pipons, pipez, )
  2. namaken (nabootsen; kopiëren)
    imiter; reproduire; démarquer; copier; contrefaire
    • imiter verbe (imite, imites, imitons, imitez, )
    • reproduire verbe (reproduis, reproduit, reproduisons, reproduisez, )
    • démarquer verbe
    • copier verbe (copie, copies, copions, copiez, )
    • contrefaire verbe (contrefais, contrefait, contrefaisons, contrefaites, )

Conjugations for namaken:

o.t.t.
  1. maak na
  2. maakt na
  3. maakt na
  4. maken na
  5. maken na
  6. maken na
o.v.t.
  1. maakte na
  2. maakte na
  3. maakte na
  4. maakten na
  5. maakten na
  6. maakten na
v.t.t.
  1. heb nagemaakt
  2. hebt nagemaakt
  3. heeft nagemaakt
  4. hebben nagemaakt
  5. hebben nagemaakt
  6. hebben nagemaakt
v.v.t.
  1. had nagemaakt
  2. had nagemaakt
  3. had nagemaakt
  4. hadden nagemaakt
  5. hadden nagemaakt
  6. hadden nagemaakt
o.t.t.t.
  1. zal namaken
  2. zult namaken
  3. zal namaken
  4. zullen namaken
  5. zullen namaken
  6. zullen namaken
o.v.t.t.
  1. zou namaken
  2. zou namaken
  3. zou namaken
  4. zouden namaken
  5. zouden namaken
  6. zouden namaken
en verder
  1. is nagemaakt
  2. zijn nagemaakt
diversen
  1. maak na!
  2. maakt na!
  3. nagemaakt
  4. namakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for namaken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
contrefaire falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen
copier falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen afkijken; dupliceren; fotokopiëren; imiteren; kopie maken; kopie trekken; kopiëren; met pen overtekenen; multipliceren; nabootsen; nadoen; navolgen; overschrijven; overtrekken; reproduceren; spieken
décevoir falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen afknappen; afvallen; afzetten; bedonderen; bedriegen; beduvelen; belazeren; benadelen; beschamen; besodemieteren; duperen; er vanaf breken; frustreren; laten zakken; misleiden; ontgoochelen; oplichten; te kort schieten; tegenvallen; teleurstellen; vertrouwen schenden; zwendelen
démarquer kopiëren; nabootsen; namaken
falsifier falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen onrechtmatig wijzigen; woorden verdraaien
fausser falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen verwringen
frelater falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen
frustrer falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen afvallen; benadelen; duperen; dwarsbomen; dwarsliggen; frustreren; laten zakken; ontgoochelen; tegenvallen; tegenwerken; teleurstellen
imiter falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen imiteren; nabootsen; nadoen; navolgen; uitbeelden; uitdrukken; uitdrukking geven aan; uiten; uiting geven aan; verbeelden; verpersonificeren; vertolken; verwoorden
pasticher falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen imiteren; nabootsen; nadoen; navolgen
piper falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen
reproduire kopiëren; nabootsen; namaken beschrijven; fotokopiëren; overbrengen; reproduceren; translateren; verdubbelen; vermenigvuldigen; vertalen; vertolken; voortplanten; weergeven
tromper falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen afbakenen; afpalen; afzetten; bedonderen; bedotten; bedriegen; beduvelen; begrenzen; belazeren; beschamen; besodemieteren; bezwendelen; foppen; in de maling nemen; misleiden; neppen; omlijnen; oplichten; te pakken nemen; teleurstellen; tillen; verneuken; vertrouwen schenden; voor de gek houden; vreemdgaan; zwendelen
truquer falsificeren; kopiëren; nabootsen; namaken; vervalsen

Related Words for "namaken":


Related Definitions for "namaken":

  1. zo maken dat het op het voorbeeld lijkt1
    • zij heeft de handtekening nagemaakt1

Wiktionary Translations for namaken:

namaken
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
namaken contrefaire counterfeit — To produce something that appears to be official or valid